5 handige tips van het FAVV voor een BBQ in alle voedselveiligheid
Van zodra het weerbericht aankondigt dat het kwik boven 25 graden Celsius stijgt, halen heel wat Belgen het BBQ-toestel boven en worden vrienden en familie uitgenodigd om samen te smullen van heerlijke grillades en salades. Zomerse temperaturen zijn helaas ook ideaal voor de ontwikkeling van allerlei micro-organismen. Gelukkig kan je met de juiste voorzorgsmaatregelen ervoor zorgen dat het gezellig tafelen niet onaangenaam afloopt. Het FAVV geeft daarom enkele praktische tips voor een geslaagde en vooral voedselveilige BBQ!
Onze tips worden je ook uitgelegd in deze video.
Tip 1 – Hou het rooster in de vlammen voor een volledige reiniging
Het spreekt voor zich dat een barbecuetoestel steeds proper moet zijn voor je het gebruikt. Was het rooster grondig af en plaats het nadien enkele minuten in de vlammen. Op die manier kunnen de overige vetresten en/of verkoolde etensresten verwijderd worden. Belangrijk, want deze laatste kunnen leiden tot de vorming van kankerverwekkende PAK’s (polyaromatische koolwaterstoffen).
Droog het rooster daarna zorgvuldig af met een microvezeldoek.
We raden aan om gezuiverde houtskool te gebruiken (dit staat aangegeven op de verpakking). Vermijd dus vuil, behandeld, geverfd of harshoudend hout.
Tip 2 – Scheid rauwe voeding van reeds gebakken gerechtjes
Op een tafel vol lekkers is het is niet altijd makkelijk om te weten wat je moet doen met gerechtjes die net van de barbecue komen en het eten dat je nog gaat roosteren. Het antwoord is echter eenvoudig: houd beide soorten van elkaar gescheiden!
We vatten het even voor je samen:
- Was steeds je handen, zowel voor als tijdens het barbecueën. Zorg ook voor propere messen en was ze tussendoor af. Een plank waar je groenten op snijdt kan je niet gebruiken voor het snijden van vlees en vis.
- Gebruik afzonderlijke borden en kommetjes voor rauwe levensmiddelen (vlees, vis, vegetarische alternatieven) en je side dishes zoals slaatjes of brood.
- Leg het gebakken eten nooit op dezelfde schotel die je voor rauw vlees of vis gebruikt.
- Marinades die je gebruikte voor het rauw vlees of vis, mag je niet nog eens gebruiken voor gare gerechten: dat is een belangrijke regel.
Tip 3 – Bak het eten langzaam gaar
Barbecueën staat gelijk aan geduld hebben. Begin pas te bakken wanneer de houtskool roodgloeiend is en bedekt is met een grijs dun aslaagje. Op die manier voorkom je dat vlammen ontstaan. Wanneer vlees in contact komt met vlammen kunnen toxische stoffen - PAK's - gevormd worden. Deze polyaromatische koolwaterstoffen zijn kankerverwekkend en ontstaan wanneer voeding rechtstreeks in contact komt met verbrandingsproducten, zoals rook.
Onthoud vooral deze 3 zaken:
- je grill moet minstens 10 cm boven de kolen geplaatst zijn;
- er mogen geen vlammen ontstaan;
- vermijd dat er vet op de kolen valt, druipend vet doet de vlammen weer aanwakkeren (en dit zorgt dan weer voor de productie van PAK's).
Gaat het vuur sneller uit dan verwacht? Steek de BBQ opnieuw aan, maar verwijder eerst en vooral het rooster en plaats het pas terug wanneer de houtskool mooi grijs is.
Tip 4 – Haal elk type gerechtje uit de koelkast op het gepaste moment
Als je ingevroren vlees, vis of groenten wilt gebruiken, ontdooi je het dan bij voorkeur in de koelkast. Voor een snelle ontdooiing kan de microgolfoven de oplossing zijn. Ontdooi eten nooit op kamertemperatuur, dit zorgt voor de ontwikkeling van bacteriën.
Haal je vlees, vis of vegetarische alternatieven pas uit de koelkast op het moment dat je begint met grillen.
Pas wanneer het vlees, vis of de vegetarische alternatieven klaar zijn, haal je ook de side dishes, groenten en sauzen uit de koelkast!
Tip 5 – Hou rekening met de bewaartijd van restjes
Alles begint met één gouden regel: laat overschotjes na de maaltijd niet lang op tafel staan. Bij voorkeur plaats je ze onmiddellijk - wacht tot het eten niet meer dampt - in de koelkast in afgesloten doosjes en op de juiste temperatuur (tussen de 1 en 4°C). Bij twijfel gooi je restjes beter weg om geen enkel risico te lopen.
De bewaartijd van restjes hangt af van het type voeding:
- Bereide groenten kun je makkelijk drie tot vier dagen bewaren.
- Bereide vis blijft twee dagen goed in een afgesloten doos.
- Bereide vleeswaren die goed verpakt zijn, blijven meestal twee tot drie dagen goed in een afgesloten doos.
- Eten in conservenblikken kan je ook bewaren maar (!) op voorwaarde dat je ze in een proper doosje bewaart en niet het blik zelf in de koelkast plaatst.
Opgelet: voeding dat al eens werd ontdooid kan je niet opnieuw invriezen! Deze voeding zal namelijk meer bacteriën bevatten die zich nog eens opnieuw beginnen vermenigvuldigen wanneer het opnieuw wordt ontdooid.
Hélène Bonte